Grote stap, kleine stap.
Ik loop de onregelmatige loop van een pijnlijke enkel. Ik was te moe, het was kunstgras, het regende en waaide en ik maakte een verkeerde stap. Misschien had ik niet moeten gaan, misschien had ik thuis uit moeten rusten. Het was de eerste training na de winter, we hoeven pas over drie weken het veld weer op, en de helft komt toch niet opdagen. Ik had zin om te voetballen. Nu loop ik maar naar huis, dat is goed voor de doorbloeding.
Langzame stap, snelle stap.
Drie tegen drie, schitterend potje. We waren pas net begonnen. Als je uitgeput bent kun je best voetballen, het is alleen lastiger om alles in de gaten te houden, je wereld is wat kleiner. Bij elf tegen elf is dat vervelend. Als je net genoeg concentratie op kunt brengen om naar de bal te blijven kijken, dan mis je wel eens een doorkomende middenvelder. Bij drie tegen drie gaat het beter, die paar man en die bal pasten nog wel in mijn tunnelvisie. Nou ja, tot ik door die enkel ging natuurljk.
Lange stap, korte stap.
Ik loop langs het veld waar het eerste net hun training afsluit. De trainer zegt tegen zijn team: 'pas komende week goed op jezelf'. Hij bedoelt: op tijd naar bed, goed eten, niet teveel drinken. Dat soort dingen.
Mag ik goede voornemens nu ook nog indienen?
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten