- “Dirk roept ook altijd wat.”
- “Wat?”
- “Altijd hetzelfde.”
Khalid Boulahrouz heeft net verteld over een van Mourinho's tactieken. De trainer wijst tijdens de warming-up een speler aan die net voor de wedstrijd in de kleedkamer een speech moet houden. Rafael van der Vaart luistert naar Khalid. Maar gelooft er weinig van.
Rafael vertelt over Oranje. Daar wordt ook voor de wedstrijd nog gesproken. Dirk doet dat dus ook, zegt hij. Net als Robben.
- “Robben roept ook altijd wat.”
- “Wat dan?”
- “Ja, gewoon, ‘kom op, we moeten winnen vandaag’”
Even wat roepen, voor de motivatie. Maar voor Rafael hoeft dat allemaal niet. Die hoef je dat niet meer te vertellen. Ook hij weet dat je goed je best moet doen, dat er vandaag gewonnen moet worden en dat we ervoor moeten gaan.
Ik weet wat hij wil horen.
Het is het zinnetje dat in ons eerste seizoen in de achtste klasse – we verloren veel, en eindigden een na laatste – over het veld ging als we merkten dat het dit keer weer niet ging lukken en de 4-0, of 5-0 ons de das om deed:
“Gewoon lekker voetballen, jongens.”
Dan speelt Rafael zijn beste wedstrijden.