dinsdag 26 april 2011

Speech

- “Dirk roept ook altijd wat.”

- “Wat?”

- “Altijd hetzelfde.”

Khalid Boulahrouz heeft net verteld over een van Mourinho's tactieken. De trainer wijst tijdens de warming-up een speler aan die net voor de wedstrijd in de kleedkamer een speech moet houden. Rafael van der Vaart luistert naar Khalid. Maar gelooft er weinig van.

Rafael vertelt over Oranje. Daar wordt ook voor de wedstrijd nog gesproken. Dirk doet dat dus ook, zegt hij. Net als Robben.

- “Robben roept ook altijd wat.”

- “Wat dan?”

- “Ja, gewoon, ‘kom op, we moeten winnen vandaag’”

Even wat roepen, voor de motivatie. Maar voor Rafael hoeft dat allemaal niet. Die hoef je dat niet meer te vertellen. Ook hij weet dat je goed je best moet doen, dat er vandaag gewonnen moet worden en dat we ervoor moeten gaan.

Ik weet wat hij wil horen.

Het is het zinnetje dat in ons eerste seizoen in de achtste klasse – we verloren veel, en eindigden een na laatste – over het veld ging als we merkten dat het dit keer weer niet ging lukken en de 4-0, of 5-0 ons de das om deed:

“Gewoon lekker voetballen, jongens.”

Dan speelt Rafael zijn beste wedstrijden.

maandag 25 april 2011

Drie tegen drie

Drie tegen drie is schitterend. Drie tegen drie is een kunstvorm, een zeer zuiver voetbalspel. Twee tegen twee is te moeilijk, want je keuze is te beperkt. Vanaf vier spelers begint het op een echt partijtje te lijken, en dat is iets heel anders. Drie tegen drie geeft altijd drie keuzes: links afspelen, rechts afspelen of rechtdoor, langs de man die er altijd is zodra je maar heel even de tijd neemt.

Aanname, opkijken: bam, daar staat ie al, geconcentreerd zijn ogen op de bal. Nu is het afspelen, en dan snel, sprint er langs, als ie nou meteen door...ja, nu lopend aannemen, twee passen naar de hoek, de derde man komt inlopen, zijn bewaker net te laat, terugleggen en paf, het stalen doeltje schudt ervan.

Prachtig, voor even.

Vastberaden rolt de tegenstander de bal het veldje weer in, hij bekijkt zijn opties. Zijn medespelers kruisen voor je langs. Opletten nu, ogen op de bal.

maandag 18 april 2011

Feest

Tuurlijk speelden we in een feestopstelling. We waren immers kampioen. Nu was het tijd de rollen om te draaien: de doelman in het veld, veldspeler in het doel, verdedigers in de aanval, en de aanval in de verdediging.

Het was lekker weer, meer niet. Ons spel was matig. We creëerden veel kansen, maar misten. We gaven kansen weg, dus zij scoorden.

Maar we hadden plezier. Gelaten visten we ballen uit het net, gelaten zagen we de ballen over vliegen.

Ik stond in het doel. Een voorzet vloog er pardoes in, en bij een hoge bal ging ik niet vrijuit. Dat ik een penalty pakte, lag meer aan de kracht van het schot, dan aan mijn kunsten. Langzaam realiseerde ik me een ding: iedereen hoort waar hij het hele jaar al speelt. De verdediger achterin, de aanvaller voorin. We speelden gelijk: 3-3. Twee van de drie doelpunten van hen kwamen van onze eigen spits, die meedeed met de tegenstander omdat ze een tekort aan materiaal hadden. Zodoende wonnen we toch nog ergens.

Het was leuk, zo'n wedstrijd die nergens meer om gaat, in de zon, met wat gedol.

Nog één wedstrijd mogen wij als kampioen spelen, en volgend jaar nog een heel jaar. Een jaar in de feestopstelling zal ons weinig goeds brengen. Maar wij zijn kampioen, ja wij zijn kampioen.

woensdag 13 april 2011

Kampioen deel 7 (slot)

Hoe dat nou precies gaat? Ongeveer, maar dan ook maar bij benadering, zo:

Ik ben eruit gewisseld, 1-0 voor, 90e minuut, de spanning zit nog vol op de wedstrijd. Weer een aanval van ons, voor die bevrijdende. Dit ziet er kansrijk uit, dit moet em worden, de definitieve genadeklap annex startschot voor de euforie. Moeilijk te zien dat verre strafschopgebied, zat ik maar hoog in een stadion, dan had ik wat overzicht en kon ik tenminste zien wat er gebeurde. Beter nog, stond ik nu maar vrij in hun 16, om em erin te peren.

Wat gebeurt er nou, ik zie echt niks. Iemand gaat een paar man voorbij, en legt af, ja, nu gaat ie echt vallen, ja, goal, goal! - Toch? - Ja! De scheids wijst en fluit, explosie in het veld en langs de zijlijn. De scheids fluit weer, drie keer deze keer! Afgelopen, het verhaal is uit en het sprookje is begonnen, de explosies in het veld rennen nu naar elkaar toe en verenigen zich in het hossen, in de champagne, in de toespraak van de clubman, in de rondvaart en het feest. De rest van de dag bestaat uit aan elkaar gemonteerde stukjes jongensboekenfilm.

Dit is het eerste, het enige echte kampioenschap. Wat de volgende seizoenen ook brengen, de mooiste dag uit ons voetballeven hebben wij al gehad.

zaterdag 9 april 2011

Kampioen deel 6

Best stil, voor de storm. De week ervoor is voorbij, het weekend ervan is begonnen. Vandaag is een mooie dag om te wachten op morgen, als het een mooiere dag moet worden. Vandaag is voor dagdromen op het terras, en voor samen eten en Studio Sport, en vroeg naar bed en niet meteen kunnen slapen, ook 's nachts kun je dagdromen zal dan blijken, en dan ook weer vroeg wakker worden, en ontbijten, goed onbijten want de bodem moet stevig zijn voor wedstrijd en feest, en dan een fris gewassen wedstrijdtas inpakken, misschien voor een keer mijn schoenen eens schoonmaken, en op naar de club, nouja, naar hun club, samen fietsen naar de andere kant van de stad, dan al meer uitgelaten dan goed voor ons is, daar aankomen en de opmerkingen aanhoren, 'zo, dus jullie dachten hier even kampioen te worden', dat dachten wij inderdaad, en omkleden maar, en warmlopen en 'komop jongens' roepen, en dan fluit de scheids en dan voetballen we, dan is het even rust, een rust zonder stilte, dan nog heel even voetballen, en dan fluit de scheids weer en dan begint het. Dan zijn we er.

vrijdag 8 april 2011

Kampioen deel 5

Op de laatste training bereiden we ons voor op de wedstrijd, de rest van de week bereiden we ons voor op de huldiging. Want gehuldigd wordt je niet elke week. En in het amateurvoetbal kun je het maar beter zelf organiseren, want anders helemáál nooit.

De mailtjes vliegen mijn mailbox binnen. Wie heeft er een draagbare cd-speler op batterijen? Wie komt foto’s nemen? Na afloop nog een ereronde op de club? Er is nog discussie over de vorm en de kleur van shirts met de tekst ‘Kampioen mannen zondag reserve achtste klasse C 2010-2011’, maar de rondvaart door de grachten staat al vast.

Thuis op de bank doe ik een DVD met 50 jaar Studio Sport hoogtepunten in de speler. De grootste Nederlandse sportsuccessen sinds 1959 komen langs. Alleen maar winnaars en het Nederlands elftal van 1974. En maar huldigen. Arrenslee op het ijs, knuffel van Willem-Alexander, Holland Heineken House, high tea op paleis Soestdijk en met z’n allen op het bordes van je hela hela hela ho lala. Je ziet het ze denken: ‘Moet dit nou?’

Ik heb met ze te doen, de stakkers. Een bootje in de zon met hun maten in achterlijke shirts en met een cd-speler op tien, dat is alles wat ze willen.

Door Jochem

donderdag 7 april 2011

Kampioen deel 4

Het is woensdagmiddag en ik lees over de trainingsintensiteit van PSV en Twente. In deze belangrijke periode doen beide clubs het wat rustiger aan. Alles voor de titel. Het brengt me in twijfel of ik vanavond zelf wel moet gaan trainen. Het zou je toch gebeuren: een jaar geen last van blessures en precies op het moment dat het kan gebeuren, gaat er iets mis. Ik besluit toch maar te gaan, het gaat immers al twee jaar goed.

Toch schieten de beelden van Robben door mijn hoofd. Het hakje tijdens de wedstrijd tegen Hongarije, ter voorbereiding op het WK, en vooral de schrik die er meteen in zat bij het team en op de tribune. Daar lag onze hoop voor de wereldtitel...

Tijdens de training maak ik zo'n zelfde hakje als Robben destijds deed. Bij mij loopt het goed af, maar vijf minuten later gaat het mis. De rechtsback ligt op de grond en het ziet er niet goed uit. Hinkend verlaat hij het veld.

Dick van Toorn is zijn enige hoop voor zondag.

Door Roel

woensdag 6 april 2011

Kampioen deel 3

Veel herinner ik me er niet van, maar ik weet precies hoe ik mijn geheugen kan opfrissen. Ik pak mijn eerste eigen fotoalbum dat begint bij mei '88. Oranje staat op het punt Europees Kampioen te worden, maar ik zit met een slabbetje om gekke bekken te trekken met mijn lievelingsoom.

Allemaal leuk, maar ik moet naar die twee pagina's, dat weet ik nog, twee pagina's. Meer is het niet.

Daar zijn ze. Er staat: '93. Drie foto's, uitgeknipt uit een boekje. Op de eerste zie ik acht jochies, vier op de hurken, vier daar staand achter. In de handen een bos bloemen. De lach op de gezichten is maar moeilijk te ontwaren, maar dat ligt aan de kwaliteit van het papier. Op de tweede foto staat een brandweerauto met de vlag van onze club. En op de derde wederom de brandweerauto, met ons en de bloemen.

Zes jaar was ik en we waren kampioen. Zo lang geleden is dat dus.

Onderaan de pagina heb ik een stukje van het wedstrijdverslag geplakt.

Met een frisse wind gingen we van start tegen F4. De tegenstander bood veel tegenstand. In de eerste helft was het Jimmy, die het eerste doelpunt maakte. In de tweede helft was het Yorick die de stand op 2-0 bracht. Hiermee zijn we "Hoera KAMPIOEN" van deze competitie, al moeten we nog één wedstrijd. Van harte gefeliciteerd Wouter, Geoffry, Victor, Sjaak, Floris, Yorick, Jimmy en Roeland!

Na deze wedstrijd kregen we bloemen, patat en drinken aangeboden door het bestuur. Na afloop een rondrit met een heuse brandweerauto door het dorp.
De jongens willen via deze weg iedereen bedanken. Het was een onvergetelijke dag!

Ik ben benieuwd wat ons bestuur heeft geregeld voor zondag.

dinsdag 5 april 2011

Kampioen deel 2

Tweede plaats clubkampioenschappen Tennisvereniging Overburg Amstelveen 1994-1995 (deelnemers: drie), en een verdwaalde schoolschaaktrofee. Dat is het wel zo'n beetje, qua prijzen. Verder een hoop eer, op basketbalveldjes en in mountainbikebossen. Sport en competitie genoeg, maar er staat weinig op de schouw.

Vanaf zondag, ha, vanaf zondag ben ik kampioen. Ik vraag me af voor hoeveel van ons het voor het eerst zal zijn. Iemand zei zondag dat voor hem de laatste keer in de F3 was. Toen was hij dus zeven ofzo. Zal hij zondag net zo blij zijn als toen? Of blijer? Toen wist hij nog niet hoe zeldzaam het was, kampioen worden. Net zoals ik als 13-jarige Ajax-supporter nog dacht dat het heel normaal was, af en toe de Champions League winnen. Bleek niet te kloppen.

Kampioen ben je je hele leven, vind ik. Of het je hele leven vermeldenswaardig blijft dat je in 2010-2011 kampioen bent geworden in de KNVB reserve achtste klasse C, daar kun je het over hebben. Het is in ieder geval beter dan tweede bij tennis.

maandag 4 april 2011

Kampioen deel 1

Het staat al heel lang in mijn telefoon: zondag 10 april Marathon van Rotterdam. Een goede vriend van mij is al even in training om op die dag te pieken en zijn eerste marathon te lopen.

Maar toen ik net even de week doornam bedacht ik dat ik er niet bij kan zijn. Jammer. Ik verwijder de taak uit mijn agenda en typ de wedstrijd van zondag in. Een vaste manier heb ik daar niet echt voor. Soms is het de naam van de tegenstander met daar achter 'thuis' of 'uit'. Als ik even niet weet hoe het programma in elkaar zit is het alleen 'voetbal'. De tijden voor de taak neem ik ruim met de voorbereiding en nabeschouwing in ogenschouw.

Dit keer typte ik wat anders: 'Kampioenswedstrijd, GHC uit'.

Jawel, het staat er echt. In het vijfde jaar van ons voetbalteam - een lustrumfeest hebben we reeds gevierd - staan wij drie wedstrijden voor het slot bovenaan. Zondag aanstaande kan het gebeuren. Dan spelen we uit, bij winst zijn we kampioen.

Het zou toch wat zijn: eerste seizoen 11e, tweede seizoen 7e, derde seizoen 5e, vierde seizoen 4e, en dan in dat vijfde seizoen ...

Ik sms mijn vriend: 'Sorry, ik haal het zondag niet. Jij je eerste marathon, ik mijn eerste kampioenschap.'

Op Voetwerk deze week iedere dag een stukje ter voorbereiding op de kampioenswedstrijd van ons team, zondag aanstaande.

zondag 3 april 2011

Een mooi stukje

De fiets maar even laten staan, lopend naar de supermarkt. Dan kan ik even terug naar de wedstrijd.

Tja, enorme kans gemist. Daarna nog op de paal geschoten. Weer niet gescoord, nog steeds niet. Wat een tragiek hè. 'Daar kun je nou eens een mooi stukje over schrijven', zeiden ze in de kleedkamer. Net of je liefdesverdriet hebt en iemand zegt 'nou, da's ook mazzel, kun je een mooi liedje schrijven.'

In de supermarkt koop ik soep en brood. Lopend naar huis.

Volgende week kunnen we kampioen worden. Als ik dan toch eens zou scoren. De beslissende bijvoorbeeld, in één keer in de kruising. Ik speel de film in mijn hoofd vast af. De keeper vliegt, zoals echte keepers doen, maar is te laat. Pats. Ik zal niet juichen, maar alleen maar grijnzen.

Ik ben bijna thuis. Best lekker weer eigenlijk, vandaag.