Maandag 29 november was het de dag van El Clásico, een begrip in het Spaanse, herstel: Europese, herstel: mondiale voetbal. De strijd tussen Barcelona en Real Madrid. De wedstrijd is tien maal belangrijker en groter dan De Klassieker, The Northwest Derby (Manchester United en Liverpool) of de stadsderby van Milaan. Trainers en spelers van Real en Barca vuren weken voor het duel woorden op elkaar af en de dag van de wedstrijd stijgt de spanning tot grote hoogte. Zo ook gisteren.
Doordat Real Madrid afgelopen weken goed tot geweldig voetbal had gespeeld leek El Clasico dit jaar een hevige strijd te gaan worden. Vorige week nog hielpen de Koninklijke de trots van Amsterdam naar de vernieling in de Champions League en het weekend voor de show in de ArenA liet Madrid in het eigen Bernabeu het net vijf keer trillen in het competitieduel met Athletico Bilbao.
Maar Barcelona voert al twee jaar de boventoon. En niet met voetbal, nee met ware kunst. Zo ook maandagavond in Camp Nou. 98.255 toeschouwers lieten zich niet tegenhouden door de kou en het gure weer dat niet alleen Nederland had getroffen. Zij kwamen en zagen het elftal van Guardiola kunst creëren.
Voetbal is soms een spel waar elf tegen elf proberen een doelpunt te maken. Maar gister gebeurde er iets heel anders in Camp Nou. Barcelona speelde met Real Madrid, vernederde Real Madrid en toonde Real Madrid voetbal dat tot kunst is verheven. Vijf maal was het raak, maar die doelpunten waren niet belangrijk. Het ging om dat oogstrelende spel. (samenvatting)
Gister was het Fútbol Club Barcelona dat een meesterwerk produceerde. Belangrijkste architect was niet Barca-trainer Josep Guardiola, maar aanvaller Lionel Messi. Hij voegde zich gister in een rijtje illustere voorgangers: Van Gogh, Da Vinci, Picasso, Monet. En Messi.
Door Ruud Pijper
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten