Ik ben wat laat, maar haast me niet. Ik wil de hele zondagochtend zien.
De buurman die de deur uitstapt om zijn hond uit te laten; de hardlopers op de stoepen; de kerkgangers die even omlopen na de dienst; de renner die over het viaduct vliegt; de auto's vol families en gezinnen; het stel dat naar het station sjeest voor een museumbezoek elders; de hobbyfotograaf, de oma die kijkt hoe haar man de stoep schoon veegt.
Als ik op een smal paadje rijd, met riet en sloot aan beide zijden, stuit ik op vier wandelaars, in tweetallen achter elkaar, vrouwen voorop, mannen daarachter. Ik zeg rustig: "Pardon" - mijn bel doet het niet. De mannen stappen aan de kant, maar de vrouwen horen mij niet, ook niet bij herhaling. Dat ze niet opzij gaan irriteert de mannen, dat ze mij niet horen maar op hun kop krijgen van de mannen, irriteert de vrouwen.
De laatste man tegen zijn vrouw: "Aan de kant, dove kwartel, hoor je dat dan niet?!"
De vrouw tegen mij: "Je kan toch ook wel bellen, joh?!"
Ik zeg niks. Ik ga naar de voetbal, om echt de hele zondagochtend te zien.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten