In een grote vakantieopruimbui kwam ik een leeg cd'tje tegen. Ook vond ik een doosje waarop 19 nummers stonden met de namen van ons voetbalteam. De rugnummers. Ik had het cd'tje al in de prullenbak gegooid - geen idee wat dit voor troep was, en tijdens zo'n bui moet je onverbiddelijk zijn - maar pakte het terug. Ik stopte het in de computer en na het horen van drie nummers, allen bestaande uit een fragment van slechts twintig seconden - vaak opzwepende of foute - muziek, herinnerde ik me een e-mailconversatie van het team.
"We nemen een gettoblaster mee."
"En dan iedereen zijn nummer."
"En als je dan scoort..."
Zoiets.
Speciaal voor onze kampioenswedstrijd maakten we deze cd. We wonnen en scoorden twee keer, maar ik kan me niet herinneren een klank vanaf de kant gehoord te hebben, op het gejuich van de bank en van de meegereisde supporters na. Hadden we wel een stereo bij ons? Waren de boxjes te gaar? Of had niemand er erg in om het juiste liedje op te zoeken en op play te drukken?
Ach, we werden kampioen, en dat zijn we nog de hele tweede seizoenshelft.
Ik heb de cd bewaard, maar of we hem dit jaar nog veel nodig zullen hebben, ik betwijfel het.
dinsdag 10 januari 2012
donderdag 5 januari 2012
Opening (2)
Grote stap, kleine stap.
Ik loop de onregelmatige loop van een pijnlijke enkel. Ik was te moe, het was kunstgras, het regende en waaide en ik maakte een verkeerde stap. Misschien had ik niet moeten gaan, misschien had ik thuis uit moeten rusten. Het was de eerste training na de winter, we hoeven pas over drie weken het veld weer op, en de helft komt toch niet opdagen. Ik had zin om te voetballen. Nu loop ik maar naar huis, dat is goed voor de doorbloeding.
Langzame stap, snelle stap.
Drie tegen drie, schitterend potje. We waren pas net begonnen. Als je uitgeput bent kun je best voetballen, het is alleen lastiger om alles in de gaten te houden, je wereld is wat kleiner. Bij elf tegen elf is dat vervelend. Als je net genoeg concentratie op kunt brengen om naar de bal te blijven kijken, dan mis je wel eens een doorkomende middenvelder. Bij drie tegen drie gaat het beter, die paar man en die bal pasten nog wel in mijn tunnelvisie. Nou ja, tot ik door die enkel ging natuurljk.
Lange stap, korte stap.
Ik loop langs het veld waar het eerste net hun training afsluit. De trainer zegt tegen zijn team: 'pas komende week goed op jezelf'. Hij bedoelt: op tijd naar bed, goed eten, niet teveel drinken. Dat soort dingen.
Mag ik goede voornemens nu ook nog indienen?
Ik loop de onregelmatige loop van een pijnlijke enkel. Ik was te moe, het was kunstgras, het regende en waaide en ik maakte een verkeerde stap. Misschien had ik niet moeten gaan, misschien had ik thuis uit moeten rusten. Het was de eerste training na de winter, we hoeven pas over drie weken het veld weer op, en de helft komt toch niet opdagen. Ik had zin om te voetballen. Nu loop ik maar naar huis, dat is goed voor de doorbloeding.
Langzame stap, snelle stap.
Drie tegen drie, schitterend potje. We waren pas net begonnen. Als je uitgeput bent kun je best voetballen, het is alleen lastiger om alles in de gaten te houden, je wereld is wat kleiner. Bij elf tegen elf is dat vervelend. Als je net genoeg concentratie op kunt brengen om naar de bal te blijven kijken, dan mis je wel eens een doorkomende middenvelder. Bij drie tegen drie gaat het beter, die paar man en die bal pasten nog wel in mijn tunnelvisie. Nou ja, tot ik door die enkel ging natuurljk.
Lange stap, korte stap.
Ik loop langs het veld waar het eerste net hun training afsluit. De trainer zegt tegen zijn team: 'pas komende week goed op jezelf'. Hij bedoelt: op tijd naar bed, goed eten, niet teveel drinken. Dat soort dingen.
Mag ik goede voornemens nu ook nog indienen?
Opening (1)
Als ik het sportcomplex oprijd, is het er ineens. Ik zie het eerste elftal trainen en denk: je zou dat maar iedere week vier keer moeten doen.
Eén van de assistenten - het eerste speelt in de eerste klasse, dus het mag aan niets ontbreken - raapt hesjes op langs de kant, en verzamelt de ballen.
De trainer roept: 'Kom maar mannen. Kom op.'
En de keeper na een actie tegen een van zijn verdedigers: 'Hij is niet meer belangrijk dan, hè. Man met bal pakken.'
Ja. Denk ik. Inderdaad, dat weet die verdediger ook wel. En als ik even sta te kijken, hoor ik de trainer ook niets nieuws vertellen.
Ik weet niet wat het is. Misschien komt het doordat ik de trainer onlangs op een zaterdag op de markt tegenkwam. Met bos bloemen in zijn hand. Net achter zijn vrouw en dochter. En dan meekijken hoe er een pond boontjes besteld wordt. Weg mystiek.
Het was weinig op die eerste training van het seizoen. Misschien was het wel gewoon het ontstellende kutweer.
Eén van de assistenten - het eerste speelt in de eerste klasse, dus het mag aan niets ontbreken - raapt hesjes op langs de kant, en verzamelt de ballen.
De trainer roept: 'Kom maar mannen. Kom op.'
En de keeper na een actie tegen een van zijn verdedigers: 'Hij is niet meer belangrijk dan, hè. Man met bal pakken.'
Ja. Denk ik. Inderdaad, dat weet die verdediger ook wel. En als ik even sta te kijken, hoor ik de trainer ook niets nieuws vertellen.
Ik weet niet wat het is. Misschien komt het doordat ik de trainer onlangs op een zaterdag op de markt tegenkwam. Met bos bloemen in zijn hand. Net achter zijn vrouw en dochter. En dan meekijken hoe er een pond boontjes besteld wordt. Weg mystiek.
Het was weinig op die eerste training van het seizoen. Misschien was het wel gewoon het ontstellende kutweer.
Darts
Van sommige spelers hoef je geen karikatuur te maken om er wat over te kunnen schrijven. Hoef je niet te verzinnen dat ze na een verloren wedstrijd geen zin hebben om thuis te treuren, besluiten naar een kroeg op de hoek te gaan en er te gaan darten.
Want ze doen het gewoon.
Mario Balotelli - behoeft de miljoenenspits van Manchester City introductie? - trok naar een stamkroeg na een verloren wedstrijd en begon te darten. Maar dat kon hij helemaal niet. Hij zetten 50 pond op ieder potje dat hij speelde met de kroegeigenaar. Maar hij verloor keer op keer.
Zie je het? Deze man bij het dartbord. Schreeuwende en lachende kroegtijgers om hem heen. iPhones die alles vastleggen.
Toen was het mooi geweest en vertrok Balotelli. Hij liet 1000 pond na. Voor ieder een paar pints.
Want ze doen het gewoon.
Mario Balotelli - behoeft de miljoenenspits van Manchester City introductie? - trok naar een stamkroeg na een verloren wedstrijd en begon te darten. Maar dat kon hij helemaal niet. Hij zetten 50 pond op ieder potje dat hij speelde met de kroegeigenaar. Maar hij verloor keer op keer.
Zie je het? Deze man bij het dartbord. Schreeuwende en lachende kroegtijgers om hem heen. iPhones die alles vastleggen.
Toen was het mooi geweest en vertrok Balotelli. Hij liet 1000 pond na. Voor ieder een paar pints.
dinsdag 13 december 2011
Ouder
Ik word oud.
Of in ieder geval ouder.
Ik wist al dat ik ouder werd, maar nu voel ik het ook. Dat zit zo.
Ik weet al een jaar of 10 dat er voetballers zijn die jonger zijn dan ik. Ook het moment dat ik ouder ben dan het gemiddelde elftal (behalve dat van Milan natuurlijk) is al even verstreken. Eens zal ik, zoals iedereen, ouder zijn dan alle voetballers.
Toch voelde ik dat nooit zo, ik voelde me nog altijd in dezelfde fase als de jongens waar ik naar ging kijken. Ik schreeuwde naar hun ook hetzelfde als naar mijn eigen teamgenoten als ze iets verprutsten. Meestal een geïrriteerd "ah man!" of "jongen!"
Tot dit jaar, bij de nieuwste generatie debutanten. Volgens mij was het bij het debuut van Dico Koppers, 19 jaar, als linksback bij Ajax. Hij verloor de bal op het middenveld, een domme actie, en ik hoorde het mezelf zeggen. Niet echt geïrriteerd eigenlijk, meer medelevend. Vaderlijk, bijna.
"Ah, jochie..."
Of in ieder geval ouder.
Ik wist al dat ik ouder werd, maar nu voel ik het ook. Dat zit zo.
Ik weet al een jaar of 10 dat er voetballers zijn die jonger zijn dan ik. Ook het moment dat ik ouder ben dan het gemiddelde elftal (behalve dat van Milan natuurlijk) is al even verstreken. Eens zal ik, zoals iedereen, ouder zijn dan alle voetballers.
Toch voelde ik dat nooit zo, ik voelde me nog altijd in dezelfde fase als de jongens waar ik naar ging kijken. Ik schreeuwde naar hun ook hetzelfde als naar mijn eigen teamgenoten als ze iets verprutsten. Meestal een geïrriteerd "ah man!" of "jongen!"
Tot dit jaar, bij de nieuwste generatie debutanten. Volgens mij was het bij het debuut van Dico Koppers, 19 jaar, als linksback bij Ajax. Hij verloor de bal op het middenveld, een domme actie, en ik hoorde het mezelf zeggen. Niet echt geïrriteerd eigenlijk, meer medelevend. Vaderlijk, bijna.
"Ah, jochie..."
vrijdag 9 december 2011
Date
Het is donker in de bar. Slagregen werkt zich tegen het raam.
Het is een mengelmoes van mensen binnen: Grieken, Britten, Amerikanen en Hollanders. Iedereen heeft zijn eigen kijkrichting. Er hangen vijf televisies waarop wedstrijden getoond worden van de laatste ronde in de poulefase van de Champions League.
Je weet niet waar je kijken moet. Kijk je voor je, dan wordt er achter je gejuicht, kijk je links, dan word je op rechts gewezen: 'wat een pass!'
Maar het is heerlijk. We worden omringd door het voetbal en het is spannend. Vooral voor de Grieken. Hoewel hun team - Olympiakos Piraeus - Arsenal soeverein verslaat, worden ze door de beelden uit een andere hoek in rouw gedompeld. Marseille scoort in de 87ste minuut, waardoor de Grieken uitgeschakeld zijn op het hoogste Europese niveau. Opgewonden wordt hier notie van genomen door de geplaagde zuiderlingen.
Aan een tafeltje verderop zit een jongen met een meisje. De jongen heeft zicht op de juiste schermen, daar waar het spannend is. Hij kletst met haar, en achteloos kijkt hij langs haar heen. Ze lijken te daten.
Het is een mengelmoes van mensen binnen: Grieken, Britten, Amerikanen en Hollanders. Iedereen heeft zijn eigen kijkrichting. Er hangen vijf televisies waarop wedstrijden getoond worden van de laatste ronde in de poulefase van de Champions League.
Je weet niet waar je kijken moet. Kijk je voor je, dan wordt er achter je gejuicht, kijk je links, dan word je op rechts gewezen: 'wat een pass!'
Maar het is heerlijk. We worden omringd door het voetbal en het is spannend. Vooral voor de Grieken. Hoewel hun team - Olympiakos Piraeus - Arsenal soeverein verslaat, worden ze door de beelden uit een andere hoek in rouw gedompeld. Marseille scoort in de 87ste minuut, waardoor de Grieken uitgeschakeld zijn op het hoogste Europese niveau. Opgewonden wordt hier notie van genomen door de geplaagde zuiderlingen.
Aan een tafeltje verderop zit een jongen met een meisje. De jongen heeft zicht op de juiste schermen, daar waar het spannend is. Hij kletst met haar, en achteloos kijkt hij langs haar heen. Ze lijken te daten.
woensdag 23 november 2011
Mist
Het dijkje is in de mist nog mooier dan normaal. Met z'n tweëen fietsen we naar de club, maar niet zo rustig als de zondagochtend eigenlijk is. Dat komt omdat mijn fiets een hels lawaai maakt. Bij elke trap ramt er iets metaals tegen anders aan, in de mist klinkt het nog harder:
Klang...klang...klang...
In ieder geval horen ze me goed aankomen.
Je kunt de doelen nog net zien, dus we gaan gewoon spelen, zegt de scheids. Tegen een paar Polen, deze week, en een Hell's Angel in de spits. Voor de rust ramt de Hell's Angel er twee in, en wij nul. In de mist is de stilte na de goal nog stiller dan anders.
Na de rust zie ik dat het net van ons doel loshangt, waardoor er een flink gat zit, onder de lat bij de linkerkruising. Ik sta het net nog in de houdertjes te wurmen als de scheids al is begonnen. Ik hou het dus maar voor gezien en draaf naar de linksbackpositie. Hopelijk schieten ze er één door het net heen.
De Hell's Angel knalt er nog twee in. Het net houdt het prima. Wij scoren ook nog, aan het eind, maar ook dan blijft het eigenlijk vrij stil. Eén iemand roept nog, 'pak die bal dan!', dus de spits doet dat ook maar.
We fietsen terug over het dijkje.
'Fucking mooi eigenlijk, dit dijkje.'
'Ja.'
Klang...klang...klang...
Klang...klang...klang...
In ieder geval horen ze me goed aankomen.
Je kunt de doelen nog net zien, dus we gaan gewoon spelen, zegt de scheids. Tegen een paar Polen, deze week, en een Hell's Angel in de spits. Voor de rust ramt de Hell's Angel er twee in, en wij nul. In de mist is de stilte na de goal nog stiller dan anders.
Na de rust zie ik dat het net van ons doel loshangt, waardoor er een flink gat zit, onder de lat bij de linkerkruising. Ik sta het net nog in de houdertjes te wurmen als de scheids al is begonnen. Ik hou het dus maar voor gezien en draaf naar de linksbackpositie. Hopelijk schieten ze er één door het net heen.
De Hell's Angel knalt er nog twee in. Het net houdt het prima. Wij scoren ook nog, aan het eind, maar ook dan blijft het eigenlijk vrij stil. Eén iemand roept nog, 'pak die bal dan!', dus de spits doet dat ook maar.
We fietsen terug over het dijkje.
'Fucking mooi eigenlijk, dit dijkje.'
'Ja.'
Klang...klang...klang...
Abonneren op:
Posts (Atom)