maandag 1 oktober 2012

Scherp


Hij vermoedt niets, de spits. Hij loopt vrij, hij is even aan de aandacht van de verdediger ontsnapt. Niemand ziet hem sluipen, weg de ruimte in, klaar om toe te slaan. De bal is nog ver weg, zelfs niet in het bezit van zijn ploeg, maar dat kan zo omslaan. En dan is hij vrij, is hij weg.

De aanval van de tegenstander loopt stuk, de bal gaat rap de andere kant op, en de spits roept. Hij ziet zijn kans al, hij ziet zijn kans schoon. Nog steeds is hij zich van geen kwaad bewust.

Dan, het moment. De bal komt, en de spits zet het op een lopen, nog even en hij zal er zijn. Niemand kan hem nu nog inhalen. In gedachten hangt de bal al in de touwen. Maar hij heeft geen schijn van kans, want ik ben een scherpschutter. Mijn vizier stond al lang op hem gericht.

Pang, vlag omhoog, pang, vlag naar voren. De aanval is op slag dood.

Best mooi, grensrechter zijn.

Geen opmerkingen: