Afgelopen week presenteerde Huub ter Haar zijn boek
Gelijkspel - Portretten van homo topsporters. Een voetballer ontbreekt. Hij belde honderden clubs in binnen- en buitenland, maar nergens hadden ze gehoord van 'de homo'. Volgens ingewijden lopen er genoeg rond in de voetbalwereld, maar zijn ze bang uit de kast te komen. Bang voor reacties van medesporters en supporters. Niet echt vreemd. In het stadion worden de slechtse rijmpjes toegelaten om de ander uit te kunnen schelden voor homo:
'Het zijn de homo's, ja echt, de homo's van Utrecht' of 'Het zijn de homo's, yes yes, de homo's van Vites'. Geen idee wat er uit de mouw geschud wordt als De Graafschap op bezoek komt, of Ajax.
In 2004 verscheen in het bookazine
Dif een groot artikel over homofobie in het voetbal. Aan het eind van het stuk zegt Hugo Borst dat hij er maar niet over uit kan dat hij
wel weet welke voetballer naar de hoeren gaat, wie er coke snuift of een drankprobleem heeft, maar
niet een echte homofiel kent. Verder vormt een 'Homopanel' (met onder andere oud-scheidsrechter Jacques d'Ancona) een toptien van voetballers waarvan ze vermoeden dat het homo's zijn: Marc Overmars, Robin van Persie, John de Wolf, Dani, Christian Chivu, Daniel de Ridder, Rick Hoogendorp, Dave van de Berg, Nigel de Jong, Oscar Moens. Tenslotte een top drie waarvan het panel
hoopt dat het homo's zijn: Edgar Davids, Regilio Vrede en Bob Peters.
Maar nog steeds geen voetballer die uitkomt voor zijn homoseksualiteit. Gelukkig heeft ons voetbalteam niets te vrezen van supporters, de media of medespelers en kunnen eventuele homo's probleemloos uit de kast komen.
Hoewel.
Zag zojuist op de mail waar de afmeldingen voor training en wedstrijd voorbij komen, nog iets in de trant van 'ik kom niet trainen, want het is koud.' En om al het commentaar voor te zijn: 'Ja, ik ben homo.' Want een goede reden om niet te komen is er eigenlijk nooit. Studie, familie of vriendin: 'Ah joh, kom gewoon man, homo.'
Hoop dat de homo's er de humor nog van kunnen inzien en zich toch welkom voelen bij ons.